Frits is als wielrenner ook wel provinciaal kampioen van Noord-Holland geweest.
En lid van het team van Olympia dat clubkampioen van Nederland wordt (1916, 1920).
Ook rijdt hij in 1917 mee in de 3e en laatste HIMA tour door Nederland.
En hij heeft in de eerste helft van de jaren '20 een zeer dikke boterham verdiend in binnen- en buitenland met name op de baan. (denk aan koppelkoersen, stayerij, levende gangmaking, maar ook de home-trainer)
In 1923 rijdt hij zelfs Parijs-Roubaix uit. Al rammelt zijn versnelling (= freewheelloop) al binnen 25 km uit elkaar, en komt hij daardoor lelijk ten val. Hij heeft echter geen andere keuze dan door te fietsen en wordt 84ste en laatste.
Kampioen van Nederland op de weg (profs):
1912 (gediskwalificeerd) - 1913 - 1919 - 1920
2e NK op de weg 1916
4e in Ronde van Vlaanderen 1919
Ereplaatsen gangmaking wereldkampioenschappen:
1947 (3e Parijs) ,
1949 (2e Kopenhagen) ,
1950 (2e Rocour),
1954 (2e Elberfeld),
1959 (3e Amsterdam) ,
1967 (3e Amsterdam, amateurs) Erik Wiersma
Op de deelnemerslijst van de Ronde van Vlaanderen 1920 staat Fritz Wiersma met rugnummer 3, na grote kleppers als Ritten Van Lerberghe (rugnummer 1) en Firmin Lambot (rugnummer 2). Hij is alzo één van de eerste buitenlanders die zich aangemeld heeft voor Vlaanderens schoonste koers. Dat siert die man, maar het is niet duidelijk of hij toen de start wel nam, vermits 28 ingeschrevenen niet vertrokken. Wat hij presteerde in die koers gewonnen door de grote Jules Van Hevel (rugnummer 11) is ook niet geweten. Wilfried Journée