Vincenzo Nibali is tot nog toe heer en meester in de Tour. In zijn column maakt Sporza-commentator Michel Wuyts komaf met het imago van kleurloze renner dat de Italiaan meezeult.

"Kleurloos, asgrijs, saai, inspiratieloos, berekend, voorspelbaar, slaapverwekkend, dwaas." Einde opsomming. Genoeg ermee. Ik lees ze niet meer, de vooringenomen artikels over Vincenzo Nibali. Opgestapelde onzin. Onverteerbaar en misselijkmakend. In de eerste plaats voor zij die het wielrennen van de voorbije 25 jaar wel nauwgezet volgden.

Nibali’s beeld is namelijk in alle facetten tegengesteld. Het nu en het verleden hebben dat overvloedig bewezen. Waar is dat Nibali kleurrijk, creatief, ondernemend, temperamentvol, onvoorspelbaar en intelligent is. De Siciliaan schuwt de nederlaag niet en laat dat nu van hem een attractief winnaar maken.

Vraagt om verduidelijking? Graag, het lijstje kan lang worden. Ik beperk me. In 2010 bekampt hij de verenigde Spanjaarden met open vizier in hun Vuelta. Geen pretje om op heilige, Iberische grond Rodriguez, Anton, Sanchez en Mosqueira te kortwieken. Als ze door een buitenlander belaagd worden sluiten die namelijk altijd de rangen.

Nibali speelt in de slotweek haasje over met een verbluffend sterke Rodriguez. Hij vernietigt die in de tijdrit, maar krijgt dan daags voor Madrid Mosquiera op zijn nek op de onmogelijk steile Bola del Mundo. Tussen rijen van duizenden dolgedraaide Spanjaarden zet een over zijn limieten getilde Mosqueira de Italiaan zwaar onder druk. Een secondestrijd. Akelig spannend.

Ik zal die intensiteit in de cabine nooit meer vergeten. Onhoudbaar tot de laatste hectometer. Zegt De Cauwer na overgave aan Brussel niet eens zonder overdrijving: "Ik weet nu hoe het opkomen van een hartaanval aanvoelt." Voor een goed begrip: Nibali won die Vuelta en kreeg op de Plaza Cibeles van de Iberiërs een ovatie. Zoals in de tijd alleen voor meestermatador Manolete weggelegd was.

Zullen we het beeld van de mythische Lavaredo even bovenhalen? In de Giro van vorig jaar. Na een meesterlijke les in de klimtijdrit op de Monte Baldo zet hij Uran, Evans en Scarponi op minuten. Zou je toch denken dat een ‘kleurloze’ leider zo dicht bij eindpunt Brescia op veilig speelt. Geen denken aan. De omstandigheden vragen namelijk om enig historisch respect. IJzige koude, almaar dikkere sneeuwvlokken, Merckx ’68 revisited.

Nibali beseft dat en maait op de steile stukken de guerilleros van de republiek Colombia zonder genade neer. Slaapverwekkend ziet er anders uit. En ja, die ronde won Nibali met overmacht. Moet toch zijn dat de gedreven Siciliaan van afwisseling houdt.

Andere oefening: denk Nibali eens weg uit de finale van de jongste edities van Milaan-San Remo. Zonder zijn herhaalde aanvallen is die klassieker pas een volkomen saaie boel. Zonder zijn uitdunningsaanvallen draaien geen 20 maar 60 renners aan de fontein rechts op. Simon Gerrans prevelt nu nog schietgebedjes. Zonder het doorzettingsvermogen van Nibali – derde toen in 2012 – komt de Australiër niet eens aan sprinten met Cancellara toe.

Wat later in dat voorjaar, de slag om de Ardennen in Luik-Bastenaken-Luik. Ook al zo’n klassieker die jankt bij gebrek aan initiatief. Eén man lapt de ergerlijke afwachtingsprocedure aan zijn laars. Ver van Ans, op de Roche-aux-Faucons, snelt Nibali onverhoeds weg en neemt in geen tijd een kwart minuut. Met zin voor risico. Op Saint-Nicolas dreigt immers de neergang. Die komt helaas nog later. In de Rue Jamar in Ans stort hij in. Op een kilometer snelt Iglinskyi hem voorbij.

Tweede is ondankbaar. Maar de prijs van de schoonheid en ondernemingszin is wel voor Nibali. ‘Morele winnaar’ levert niets op, maar is geen loos begrip. Wat hij in deze Tour op heuvels, kasseien, Vogezen en Alpen demonstreert, hoeft geen verder betoog. Ook in het besef dat het mét Froome en Contador veel lastiger zou zijn, verdient Nibali tonnen respect. Over een week staat hij wellicht in een roemrijk rijtje: Anquetil, Merckx, Gimondi, Hinault en Contador. Zij wonnen ze alle drie, de grote ronden. De klank van die namen laat aan duidelijkheid niets over.

Michel Wuyts

sporza.be



Misschien ook interessant: